‘Fier op de fiets’ heet het fietsbeleidsplan van het college van B&W dat in 2008 door de meerderheid in de gemeenteraad is vastgesteld.
Dat plan is nu nader uitgewerkt. Volgens GroenLinks is de uitwerking te summier, volgens de andere partijen is hij voldoende. Althans, voldoende om niet tegen te stemmen.

De uitwerking bestaat uit het intekenen van de hoofdfietsroutes en knelpunten op de kaart van Culemborg. En van alle routes die in 2008 nog de hoofdfietsstructuur vormden is slechts een klein deel nu als hoofdfietsroute aangemerkt.

Volgens het college is dat voldoende, want fietsers weten hun weg toch wel te vinden van A naar B en ‘in der Beschränkung zeigt sich der Meister’. Dus kan worden volstaan met één oost-west verbinding van sportpark Parijsch naar sportpark Terweijde en een noord-zuid verbinding langs het gehele spoortalud, over de Tunnelweg heen.

Langs 50 km-wegen zijn ook hoofdfietsroutes ingetekend, maar dat is meer een uitvloeisel van landelijk beleid: zulke wegen zijn relatief onveilig door het verschil in snelheid tussen fietser en auto, wat scheiding van beide verkeersdeelnemers wenselijk maakt.

De crux zit hem in het bepalen van hoofdfietsroutes waar ook auto’s over rijden, en daarin maakt het college geen keuzes.

Er is volgens GroenLinks niet goed gekeken naar routes die nu door veel fietsers worden gebruikt. Fietsers worden nauwelijks geteld. Er is ook niet goed gekeken naar de belangrijke bestemmingen die het college zelf heeft bepaald.

Daardoor wordt de Beethovenlaan-Heimanslaan, langs het KWC en de Salaamander niet als belangrijke fietsroute herkend. Er leiden geen hoofdfietsroutes naar de binnenstad (!). En over de route voor fietsende voetballers naar sportpark Parijsch lijkt ook niet echt te zijn nagedacht.

GroenLinks wil meer aandacht voor toekomstige hoofdfietsroutes en knelpunten, en heeft daarom een alternatief geboden met de publicatie van een aangepaste kaart.

Dit alternatief is door de meerderheid van de gemeenteraad afgewezen.

De voorkant van het fietsbeleidsplan ‘Fier op de fiets’ toont vier op de fiets zittende wethouders. Eentje is er inmiddels af gevallen, en eentje is er afgestapt. De overige twee zitten er nog. Veel vooruitgang zit er volgens ons niet in, het lijkt meer op een sur place.